Sytske Sötemann

Turkse poëzie in Nederlandse vertaling

Hollandaca'da Türkçe şiir




Huseyin ŞAHİN (1961)


KÜÇÜK ODA İZLERİ

Kalbim, iyi gelmiyorsun artık
Bütün ömürlerin kışı var ağzımda

Oysa ne kadar geniş, ne kadar sesti çocukluğum
Kardeşime ödünç verdiğim kimsesizlik değildi
Yatağını arayan bir ırmaktım
Sesime düşen her sesin kokusunu 
Aradım, kimse bilmez, o gün bugündür
Karanlıkta akan bir suyu karıştırdığımı kanıma

Munzur hep yalnız akar
Yalnızdır komşuda büyüyen çiçek
Bir incinmeyle alıp geldim ya başımı
Bir gün sesinle sevinirim

Haydarpaşa’da o gece beklendiğini 
Bilseydin eğer, belki de gelirdin
Ve ben seni hiç tanımamış olurdum
Alnımda bir çiçek sarsılırdı o an, uzun
Ve ter içinde bir adam olduğumu hatırlardım
Unuttuğum ne varsa arkamdan koşan çocuk olurdu da
Hatırlamazdım senden sonrasını harflerin, böylece
Bir kez daha kandırırdım kendimi

Oysa benim de aşka benzeyen hallerim var
Taş oluşum, gün sayan yanlarım var
Yağmurlar kadar kinsiz
Bu yüzden Leyla’yı hep rüzgâra benzetirdim
Ya da kendime yakışırdım soğuk odalar kadar

Sesinin buğusunu silerdim
Güze kalırdı yine anlatacaklarım
Oysa, acısı bile değilmiş
İçimde yürüyen yolcunun

Bu eksik dünyada bildiğim her şey daraldı
Gövdemdeki telaşı da alıp
Tenhasına çekildim annemin
Ellerimin üstünde tanımsız bir acı
Sonra yaşamaktan başka bir yol olmadığına inanmam için
Ellerime su serptin, Fırat sandım

Nereye gittiysem bir içili türküydü içimde yüzün
Bu yüzden Neşat Ertaş’ı hep sevdim, unutur muyum
‘Gökte uçan kuşun ayrılık’ olduğunu
Bir ah cinneti bırakıp gidince ezberime


Ustasından korkan kalfa gibi uzaklar artık
Çıraklar, defter arasına saklanan uykulardır
Eksik yaşanmıştır ateşin kısa ömrü
Adres intihardır yeni sevmiş bir yolcuya

Kandillere gölge olmadın ya 
Yaşını unuttuğun yeri başlangıç say
Nasılsa ölürüz, su rengini yitirip
Bülbülün güle küstüğü gün

© Huseyin ŞAHİN, 2010
Deze website   Rotterdam


SPOREN VAN DE KLEINE KAMER

Hart van me, het bekomt je niet meer zo goed 
De winter van al het leven vult mijn mond
 
Maar hoe wijds was mijn jeugd, en hoe luid 
Het was niet de eenzaamheid die ik mijn broer te leen gaf
Ik was een rivier die zijn bedding zocht
En de geur van elk geluid dat mijn stem trof
Niemand weet dat ik is sinds die dag
Mijn bloed vermengd heb met in donker stromend water

De Munzur stroomt altijd alleen 
Alleen is de bloem die bij de buren bloeit
Gehavend ben ik heimelijk gekomen
Op een dag verheug ik me op jouw stem

Als je had geweten dat je die nacht in Haydarpasja
Werd verwacht, dan was je misschien wel gekomen
En had ik jou helemaal nooit gekend
Was er dat ogenblik op mijn voorhoofd een bloem verwelkt
Had ik mij herinnerd als een lange man badend in het zweet
Alles wat ik vergeten ben werd een kind dat mij achterna holde
De letters na jou herinner ik mij niet eens, zo
Heb ik mezelf nog een keer bedrogen

Maar ook ik verkeer in staten die op liefde lijken
Ik word steen, of tel bijvoorbeeld de dagen
Als regenbuien zonder haat
Daarom heb ik de wind altijd met Leyla vergeleken
Of paste ik als koude kamers bij mezelf

Ik heb de dauw van je stem gedept
Wat ik zou vertellen is toch bij de herfst gebleven
En het is zelfs niet de pijn van
De reiziger die zich in mij voortbeweegt

Alles wat ik weet in deze gebrekkige wereld is geslonken
Ik heb de paniek in mijn lijf opgenomen en me
In de afzondering van mijn moeder teruggetrokken
Over mijn handen verspreidde zich een ongekende pijn
Om mij te overtuigen dat er geen andere weg was dan leven
Sproeide jij water over mijn handen, dacht ik de Eufraat te voelen 

Waar ik ook heenging je gezicht bleef me bij als een intiem liedje
Daarom heb ik altijd van de zanger Neşet Ertaş gehouden, ben ik vergeten
Dat ‘de vogel die in de lucht vloog de scheiding’ was
Toen een zucht aan de waanzin ontsnapte en ik het uit mijn hoofd leerde?

Voortaan zijn de verten als de gezel die bang is voor zijn meester
Zijn de leerjongens de slaap die zich verbergt tussen de schriften
Wordt het korte leven van vuur onvolledig beleefd
Is het adres de zelfmoord voor een pas verliefde reiziger


Je bent toch geen schaduw geweest voor de kaarsen
Beschouw de plaats waar je je leeftijd vergat als het begin
We sterven hoe dan ook, de dag waarop het water zijn kleur
Verliest en de nachtegaal de roos beschimpt

© Sytske Sötemann, 2010  

KIRGINLIĞIM BELKİ

Giderek kendimi dinlemeyi öğrendim
Kırgınlığım belki
Suları arayan kırık sesini annemin
Öyle sokağa çıkıp bağıran
Ne bir sevgilim oldu
Ne odalara açılan çiçeklerden düşlerim 
Oysa bütün anneler en uzun gurbetti

Ben onunla birlikte sınadım kalbimi
Kendimi temize çıkarmayı düşündüm
Geceyi gündüzden ayırdığım gün
Artık düşünme dedim ablama
Hayatın son kıyısıdır nasılsa
Sewusen’in uğurladığı her çocuk
Böyle böyle asılı kaldı gözlerim kuş sürülerinde
Her şeyden hızlı tozlandım
Üşüyen içime gömdüm mahşerini

Giderek haritadan sürülen dağlara benziyor sevinçlerim
Bütün sözcüklerimi dikiyorum birbirine vasiyetiydi annemin
Gülüşlerimi morglara düşürüyor
Kül olmuş bedenleri kardeşlerimin
Ben burada kıraç güllerden özür diliyorum
Zül ve kül arasında kalbim uçurtma
Sevdiğim tükenmez bir sabıkalı
Aşklarda çıkar ortaya çıkmazı

© Huseyin ŞAHİN, 2010
Deze website   Rotterdam


MIJN ONTGOOCHELING MISSCHIEN

Langzamerhand leerde ik naar mezelf te luisteren
Misschien is het mijn ontgoocheling
Die het water zoekt of de gebroken stem van mijn moeder 
Die zo schreeuwend de straat oploopt
Een geliefde had ik ook al niet
Evenmin droomde ik over bloemen die kamers in bloeien
En toch waren alle moeders het verste vreemde land

Ik probeerde mijn hart uit samen met haar
Dacht ik mijzelf te verschonen
De dag waarop ik dag en nacht had onderscheiden
Zei ik tegen mijn zus houd eindelijk op met denken
Elk kind dat de rebelse held Sjevusjen uitzwaaide
Is hoe dan ook de laatste rand van het leven
Zo bleven mijn ogen hangen aan vogelvluchten 
Raakte ik sneller dan alles onder het stof
Begroef haar jongste dag in mijn verkilde binnenste

Gaandeweg lijken mijn genoegens op van de kaart verbannen bergen
Al mijn woorden naai ik aan elkaar volgens mijn moeders laatste wil
De as geworden lichamen van mijn broers
Doen mijn gelach in het mortuarium neerdalen
Ik verontschuldig mij hier voor de dorstige rozen
Mijn hart is een vlieger tussen vernedering en as 
Een eeuwige recidivist die ik liefheb
In liefdes komt haar impasse aan het licht

© Sytske Sötemann, 2010  

AŞK BÖYLE BULUR ERBABINI

Öğrenemediğimiz bir şey var hala
Herkes bir yere gider, dal kırılır
Yaprak titrer
Aşklar hep küldür
Nedensiz değildir hiçbir ayrılık, hiçbir acı
Dağların ardından tüten o koyu duman o koyu karanlık
Bir tek kuşlar taşıyorlar
Ağızlarında bir tutam ışığı

Tenimizde kırgın çocukların terk ettiği
Serin avlu sessizliği
Acıyan teri uzak yazların
Ve güllere iki ayrılık sunan adamların
Kirli sır dolu eşkalleri
Bizi bu yaşamdan alıp götürecek bir gün
Güneşe bakan kadınların
Doğacak çocuklara adadıkları yürekleri

Öğrenemediğimiz bir şey var hala
Bir kül rüzgârıdır Beroc’da
Adını bilmediğimiz elmas gönüllü evler
Acıyan ağzına aldığı gülün
Ezik kokusu nereden sorulur
Bir zaman tüneli midir Haraba’da
Çocukların akşam olmasın diyen sesi
Kardeşim dağlarda bir isyancı
Sevdasına sırat örer düşlerinden
Çiçeklerden şehirler kurar

Bu ayrılığın aslı budur
Bundandır buralara düşen ıssızlığın
Önce evlerimizi bilmesi
Öğrenemediğimiz bir şey var
Saflığımız ve sabrımız kadar mı yaşayacağız
Açarak ellerimizi genişleyen göğüne ölümün
Şimdi kalkıp gitme sırası bende
Ne aşık usandırabildim
Ömrüme bir ikiz gibi eklenen ölümün önünde
Ne kaldığım odaların serinliğinde çiçek büyüttüm
Pencere önlerinde çaresiz bir gülümsemeydim en çok
Kayıp bir sızıyla buldum kalbimi
Tenha günlerinde ağzımın

© Huseyin ŞAHİN, 2010
Deze website   Rotterdam


ZO VINDT DE LIEFDE HAAR LEERMEESTER

Er is nog altijd iets wat wij niet hebben kunnen leren
Iedereen gaat ergens heen, een tak breekt
Een blad trilt
Liefdes zijn altijd as
Geen enkele scheiding is zonder reden, geen enkele pijn
Noch die dichte mist die vanachter de bergen op komt zetten, die dichte duisternis
Alleen de vogels dragen
In hun snavels een hapje licht

Op onze huid ligt de stilte van de koele binnenplaats
Die de gekrenkte kinderen al hebben verlaten
Het pijnlijke zweet van verre zomers
En de signalementen van mannen vol smerige geheimen
Die de rozen twee scheidingen aanbieden
De harten van de vrouwen die naar de zon kijken
Die zij verpanden aan de kinderen die geboren zullen worden
Zijn de dag die ons uit dit leven zal voeren

Er is nog altijd iets wat wij niet hebben kunnen leren
Een aswind in Beroç
De huizen met een gouden hart waarvan we de naam niet kennen
Men vraagt waar de bedompte geur van de roos vandaan komt
Die zij in hun pijnlijke mond staken
Is de stem van de kinderen die niet willen dat het avond wordt
In Haraba een tijdmachine?
Mijn broer een opstandeling in de bergen
Plaveit de weg naar zijn hartstocht met zijn dromen
Bouwt steden van bloemen

Dit is het wezen van deze scheiding 
Hierdoor ontstaat eerst de kennis over onze huizen
Van de eenzaamheid die erop neervalt
Er is iets wat wij niet hebben kunnen leren
Zullen we leven zoals onze oprechtheid en ons geduld
Terwijl we onze handen openen voor de zich verwijdende hemel van de dood?
Nu is het mijn beurt om op te staan en weg te gaan
Ook heb ik geen geliefde kunnen boeien
In het aanzien van de dood die zich als een tweeling in mijn leven voegt
Evenmin liet ik bloemen bloeien in de koelte van de kamers waar ik verbleef
Voor hun raam was ik op z’n best een uitzichtloze glimlach
Ik verloor mijn hart en vond het in pijn
In de eenzame dagen van mijn mond

© Sytske Sötemann, 2010  

KALBİN BİR YANGINA

Bir yoklukta sözleşiyoruz gitgide
Umut uğultunun sallanan sarkacı duvarlarda
Bütün günler ölüme kısa
Yolculuklara uzun
Kavuşmak için yaşanıyor ayrılıklar
Babalar korku
Anneler kuşku emziriyorlar
Kalabalık çarşılara bakan evlerinde
Evler ki zehir içiyorlar
Kederli lambaların ışığında

İster kavaklarla konuşun
İster yolcusu ayartılmış yollarda
Birbirine düşmüş iki söz olun
Amansız bir öyküyle geçilir
Bu can havlinin içinden
Tuzun tadı Kurtalan’dır
Zehrin tadı Ovacık
Dilleri lal üç kardeştir Zilan deresi
Epriyen kumaşlar gibidir
Biz eşikte bekleyen soru bile değilken
Çoktan arınıp ayaklanmış Dicle

Gül uzakta büyüdükçe kokar
Kalbin bir yangına yataklık eder ya bir gün
Su geçer keder içersin ömrünün çizgilerinden
Nehirler kalbine ayarlar sesini
Mağrur bir uçurtma
Kuşlar olmadan uçmaz gökyüzünde
İçin çekilir yıllarca mezara
Durup adına yalnızlık dersin
Külünü rüzgâra saklayan en son köy
Sessizliğini bozar acısına örtünmüş bir ülkenin
Sözcükleri taşlaşan bir aşktan ne kalır
etmez yüzündeki duruluğu anlatmaya senin

© Huseyin ŞAHİN, 2010
Deze website   Rotterdam


VOOR EEN BRAND VAN HET HART

In een afwezigheid spreken we gaandeweg iets af
Hoop is de schommelende slinger van het suizen in de muren
Alle dagen zijn kort voor de dood
Lang voor de reizen
Om een weerzien beleeft men scheidingen
Vaders stillen de angst
Moeders de twijfel
In hun huizen die uitkijken op drukke markten
Huizen die gif drinken
In het licht van de treurige lampen

Praat met de populieren
Of wees twee op elkaar gestoten woorden
Op wegen waar de reiziger vandaan werd gelokt
Men komt met een verschrikkelijk verhaal
Om de angst van zich af te schudden
De smaak van zout is Kurtalan
De smaak van gif Ovacık
Drie sprakeloze broers zijn het dal van Zilan
Zoals stoffen die slijten
Terwijl wij zelfs de vraag niet zijn die op de drempel wacht
Is Dicle allang gezuiverd en opgestaan

De roos geurt meer naarmate zij in de verte groeit
Je hart verschaft onderdak aan een brand en op een dag
Stroomt het water drink je pijn uit je levenslijnen
Stellen rivieren je stem af op je hart
Een hooghartige vlieger
Vliegt niet in de lucht zonder vogels
Je binnenste trekt zich jarenlang terug in het graf
Je blijft jezelf eenzaamheid noemen
Het laatste dorp dat zijn as verbergt voor de wind
Verbreekt de stilte van een land dat zich heeft gesluierd voor zijn pijn
Wat blijft er over van een liefde waarvan de woorden zich verharden
Het volstaat niet om over de klaarheid op jouw gezicht te vertellen

© Sytske Sötemann, 2010  

SESSİZ DURUŞUN İÇİN

Aklımdaki acıyı kendine benzetirdi
Yanıtı eski ve ağır bir soruydu
Doğduğu yere gurbet yine o

Telaşı yoktur acı ve sevginin
Doğrudur herkes göçebedir yeryüzünde
Birer izbulucu yaşamak korkusundan anılara

Sabrımız bitince bakarız gökyüzüne
Onun için utansın bu ruhsuz şehir
Hatırlasın kuş sürüsü gibi yaşadığımı

Her insan bir iyiliktir
Yontar bir başka iyilikle kendini
Durmadan onaran sabırlar yarattığını bilir

Odalarda yaşanan iki ayrılığı
Bire indirmek için çok zaman
Kendini anlamayan adamları seçti
Çünkü bütün çırpınışları
Keder ve küldü mezartaşı aşk olanların

Çekip gitti bir sabah
Kırgın suların bir öyküye feda ettiği
Bir çocuk sanarak kendini

Başkalarıyla değiştiği her inceliği
Bir yaşam hakkı gibi görürdü
Göçük altında kalmış bir annenin
Önce çocuğuna tanıdığı
Her insanın bir yangında
Önce kendi kalbini kurtarması
Gerektiğini söylerdi hep

Yüreğini ele versin
Diye anlattım bütün bunları
Gülü yücelten biraz da
Sarya’nın gönlüdür
Yoksa bu acıyı nasıl dindirir
Günboyu göz göze geldiğimiz kadınlar
İşte herkese aynı akşam düşüyor
Kiri ve kederi aynı anda paylaşıyor içimiz

Söylemeyi en çok unuttuğumuz
Acıdır aklımızda
Son kapıyı da geçtiğinizde bakarsınız
Arkanızda, ilk çağın güneşli ustaları

Kardeşliğin hakkı için yeniden buradalar
Senin bir dağ köyünde 
Taşlar kadar sessiz duruşun için

Günlerdir içimde nelere dönüştüğünü
Bir bilseydin sözü neden
Çıplak bıraktıklarını anlardın
Sadece gözyaşının bizi temiz kıldığını
Hayatı sesi ile ölçen çocukların bir de

© Huseyin ŞAHİN, 2010
Deze website   Rotterdam


VOOR JE STILLE GESTALTE

Zij deed de pijn in mijn geheugen op haar lijken
Haar antwoord was een oude en moeilijke vraag
Zij weer vreemd aan de plaats waar ze werd geboren

Haar verdriet en geliefde maken zich niet druk
Iedereen is inderdaad een nomade in de wereld
Ieder uit levensangst een spoorzoeker naar herinneringen

Als ons geduld ophoudt kijken we naar de hemel
Laat deze zielloze stad zich daarom schamen
Zich herinneren dat ik als een vlucht vogels heb geleefd

Ieder mens bestaat uit goedheid
Houwt zichzelf met andere goedheid
Weet dat hij steeds verbeterend geduld aan het scheppen is

Om de twee in kamers doorgemaakte scheidingen
Terug te brengen tot één koos zij veelal
Mannen die haar niet konden begrijpen
Want al het gespartel van hen wier grafsteen
Liefde is bestaat uit pijn en as

Op een ochtend vertrok zij
Beschouwde zich als een kind
Dat de gekwelde wateren offerden aan een verhaal

Elke tederheid die zij voor andere verruilde
Zag zij als een recht op leven
Wat een moeder die onder puin bedolven ligt
Het eerst aan haar kind leert is
Dat bij een brand ieder mens
Allereerst het eigen hart moet redden 
Zei zij altijd

Dat zij haar hart zou geven
Daarom heb ik dit allemaal verteld
Wat ook een beetje de roos verheft
Is het hart van Sarya
Hoe onderdrukken de vrouwen met wie 
Wij de hele dag oog in oog zitten anders deze pijn
Zo valt voor iedereen dezelfde avond
Delen wij vuil en leed van binnen op hetzelfde ogenblik

Waarover wij het meest vergeten te zeggen
Is de pijn in ons geheugen
En wanneer u de laatste deur passeert kijkt dan eens
Achter u, de zonnige meesters van de oudheid

Zij zijn hier opnieuw voor het recht op broederschap
In een bergdorp van jou
Voor je steenstille gestalte

Het zijn de dagen in mij waar jij naar terugkeerde
Had je het geweten dan zou je hebben begrepen 
Waarom ze het woord naakt achterlieten
Dat alleen tranen ons hebben verschoond
En kinderen die het leven meten met hun stem

© Sytske Sötemann, 2010